In 2019 heb ik voor het eerst deelgenomen aan een grootschalige cyclosportieve fietstocht. De Trois Ballons. Mijn ervaringen heb ik bijgehouden op dit blog. Om met anderen te delen, en te laten zien dat je ook op latere leeftijd prestatiegericht kunt sporten. Met 58 jaar is het leven niet over. Na de Trois Ballons heb ik besloten de blog levend te houden en af en toe een artikel te schrijven over mijn belevenissen.
Dit is deel 31: Mijn deelname aan de Veldslag om Norg
Zaterdag 3 september, vandaag is de Veldslag om Norg. Ik wordt om 07:15 opgehaald door fietsmaatje Wim. We moeten onze startnummers nog ophalen en willen dus op tijd aanwezig zijn. Ik zit in de laatste startwave en mag pas om 09:42 starten. Dat betekent dat er minimaal 2200 fietsers voor mij op het parcours rijden. Ik hoop maar dat daar niet te veel last van ga hebben. Wim kan 16 minuten eerder starten en ik ga er van uit dat ik hem niet meer ga zien na de start. Hij is veel sterker en sneller dan ik.
Het plan is de hele rit te rijden zonder te stoppen. Dus ook niet bij de controles. Uit voorzorg heb ik een Camelbak aangeschaft van anderhalve liter zodat ik wel voldoende kan drinken. Dat is de les die ik inmiddels heb geleerd om kramp te voorkomen. Repen heb ik ook voldoende net als gelletjes. Ze zijn allemaal klein dus de zakken van mijn fietsshirt puilen niet uit. De Camelbak ligt lekker hoog op de rug waardoor ik verwacht geen last van mijn rug te krijgen.
Een kleine camalbak
We zijn veel te vroeg in Norg en hebben alle tijd het startnummer op te halen en op de fiets te bevestigen. Als we naar de startlocatie fietsen wordt het startsein voor de wedstrijdrijders gegeven. Prachtig mooi om te zien hoe die gasten er vandoor gaan. De startlocatie is erg ruim van opzet met alle ruimte voor de deelnemers. Ik mag nog ruim een uur wachten voordat ik van start kan gaan. Die vul ik met het bekijken van het materiaal van anderen en nog een tijdje praten met Wim. Sneller dan verwacht is het tijd en kunnen we naar de start. Omdat de organisatie bang is dat we de wedstrijdrijders gaan tegenkomen laten ze ons eerder starten. Schijnbaar worden delen van het parcours dubbel gereden of kruist het ergens. We hoeven dus niet acht minuten te wachten in het vak.
Na het startschot zit ik vrij vooraan in de groep en kan me prima handhaven. We pakken voornamelijk brede zandwegen en ook verharde wegen. Het is een geweldig gevoel om weer wat competitie te hebben, al is het geen echte wedstrijd. Heel erg snel halen we de laatsten van de wave in die voor ons is gestart in. Dat is het begin van de inhaalwedstrijd die het vandaag gaat worden. De zandwegen zijn er droog en het stuift enorm. Het lijkt wel een droge versie van Parijs - Roubaix op de kasseien.
Rond een kilometer of acht zit ik in een snelle groep en op de verharde weg tikken we de veertig kilometer per uur aan. Voor mij is dat ontzettend hard op een mountainbike, maar het gaat me erg gemakkelijk af. Niet lang daarna rijden we weer een zandweg op en staat er een enorme file. Het is een echte opstopping. Zouden we dan toch de wedstrijdrijders tegen zijn gekomen en moeten wachten tot ze voorbij zijn? Niet is minder waar. We moeten een talud in het bos op waar het zand een beetje rul is geworden. Daar komen sommige deelnemers niet tegen op en de hele meute moet daar op wachten. In totaal moet ik hier een minuut of twaalf wachten voordat ik weer op de fiets kan. De singletrack die volgt zorgt er voor dat de snelheid flink omlaag gaat.
In de onderstaande afbeelding zie je waar de plekken zijn waar ik heb moeten wachten onderweg. In de rode cirkel zie je de eerste opstopping.
Even wachten
Na dit eerste oponthoud kan ik een behoorlijke tijd door rijden en al snel kom ik bij de eerste stop rond een kilometer of vijfentwintig. Ik heb pas een reepje gegeten en heb nog meer dan voldoende drinken. Stoppen hoeft dus niet en zoals gepland fiets ik door. Dit is makkelijk inhalen. Ik voel me goed en besluit te gaan pacen zodat ik de hele rit vermogen kan blijven leveren. Daarmee verwacht ik ook een lekker tempo te kunnen blijven rijden. Bossen met brede paden, single tracks, zandwegen door de weilanden en akkers volgen afgewissed door verharde wegen die de verbindingsstukken vormen. Ik voel me lekker op de fiets die goed op snelheid kan worden gehouden. Het stuurgedrag dat wat luier lijkt dan van mijn vorige fiets went. Ik kan de bochten op het parcours steeds beter en sneller nemen. Wat opvalt is dat bijna alle fietsers op de zandwegen de zijkant opzoeken omdat het daar beter te fietsen lijkt. Als ik wat deelnemers inhaal moet ik wel door het schijnbaar rulle zand. Het blijkt echter een prima ondergrond om door te rijden. Dat is niet op alle plekken het geval, maar wel op de meeste. Zo kun je vrij gemakkelijk fietsers in halen.
Onderweg tijdens de veldslag om Norg
Het schiet goed op en de tweede stop nadert. Voordat ik daar ben moeten we eerst een talud op, en je raad het al, het is weer even wachten. Niet lang deze keer. Het lijkt meer op file rijden, maar toch. Boven op het talud is het pad slechts breed genoeg voor één fietser. Een aantal keer kan ik er toch voorbij omdat het naast het pad wat minder steil is dan het lijkt. Na dit talud is dan de tweede stop en volgens mij stopt iedereen voor drinken en eten. 'Yours truly' fietst weer door. Eten en drinken heb ik nog steeds meer dan voldoende. Het is even slalommen tussen de andere deelnemers maar dan kan ik door en het tempo weer omhoog.
Het parcours gaat door een andere omgeving maar is vergelijkbaar met alles wat ik tot nu toe ben tegen gekomen. Daar waar je een bultje op moet en het is een beetje rul is het gelijk weer stil staan. Omdat het langzaam maar zeker wat minder druk is op het parcours heb ik er wel minder last van. Het biedt ook de mogelijkheid te kijken waarom het soms wachten is. Het blijkt dat een aantal deelnemers die moeten afstappen hier ruimschoots de tijd voor pakken en het parcours blokkeren terwijl ze naar boven lopen. Daar gaan ze uitgebreid kijken waarom ze toch niet naar boven kwamen. Dan is het niet vreemd dat het stokt natuurlijk. Maar goed, ook zij willen een leuke fietsdag hebben en doen dat op hun eigen manier. Dat moeten ze vooral ook doen. Wat mij betreft is de term 'cyclosportieve tocht' daarom niet helemaal op zijn plaats. Dat heeft niks met de organisatie te maken want die is helemaal goed voor elkaar. De aanduiding wekt echter wel een verwachting bij deelnemers.
Rond vijfenzeventig kilometer komen we bij een bult die ongetwijfeld een naam zal hebben en je moet even een klein en steil stukje omhoog voordat je de bult op kunt rijden. Je raad het al, daar is het weer even wachten. We moeten daar ook door een poortje om bij de voet van de bult te komen. Eenmaal boven blijkt dat het parcours zo is neergelegd dat we in banen viermaal naar boven en beneden moeten rijden. Dat maakt het uitdagend en ik kan weer een hoop fietsers inhalen. Wat een originele keuze van de organisatie.
Op en neer en op en neer....
Niet lang na de bult kom ik bij de derde controlepost en ook hier stop ik niet. Ik pak alleen al fietsend een pakje sportvoeding aan. Op weg naar deze controle heb ik de wind in de rug en kan snelheid maken op een lang stuk over verharde wegen. Ik besluit na de controle de snelheid er in te blijven houden omdat het pacen werkt. Ik haal wat deelnemers in en één van hen komt niet alleen in het wiel zitten, hij neemt ook nog eens over. We knallen zo door op weg naar de finish. Als we weer een zandweg op gaan haakt hij echter gelijk af waardoor ik weer alleen fiets. Geen probleem, die laatste 15-20 kilometer red ik ook nog wel. Onderweg op een single track hang ik in het wiel van iemand met een Marmotte shirt aan. Daar zeg ik wat van en het blijkt een deelnemer van dit jaar te zijn. We praten even, erg leuk om wat herinneringen op te halen. Zodra ik er voorbij kan fiets ik weer door.
Aan het einde van de tocht rijden we met drie fietsers nog even lekker door en kan ik er nog een sprintje uit persen. En dan zit het er al weer op. Wim is al een halfuurtje binnen en blijkt ook wat sneller kan ik gereden te hebben. We eten nog wat tijdens de pastaparty en gaan dan weer op weg naar huis. Ik heb een geweldige dag gehad en met mijn vorm is helemaal niks mis op dit moment.
Ik bljik de 280e tijd gereden te hebben van 1627 deelnemers. Dat kan ik niet echt op waarde schatten omdat dit niet een echte cyclosportieve tocht was.
Vandaag was zoals de titel van dit artikel al aan geeft een inhaalrace gebleken. Natuurlijk heb ik daardoor wat vertraging opgelopen, maar het was erg gaaf om naar een groep toe te rijden, er voorbij te gaan en dan weer naar de volgende groep te rijden. Ik leer steeds beter hoe ik een 'wedstrijd' moet indelen. Door goed te eten en drinken kan ik kramp voorkomen en tot aan het einde snelheid maken. Het wordt nog wat op mijn 59e! Op naar de volgende uitdaging. Nu dit zo goed ging heb ik besloten mee te doen aan de 4 uurs race van ATB vereniging Oldebroek op 29 oktober. Dan heb ik weer iets om naar toe te werken.
Wat verder weg beginnen de ideeen voor volgend jaar een beetje vorm te krijgen. Vlak na mijn verjaardag kan ik deelnemen aan de Marmotte Pyrénéés, maar mogelijk wordt er dan ook een coast to coast Pyrénéés georganiseerd. Beiden lijken me erg gaaf om aan deel te nemen. Wordt vervolgd.